vrijdag 3 april 2015

Schaapje met je witte wol

Een van de dingen die Wouter vaak met zijn moeder doet is naar de kinderboerderij gaan. Wouter kun je geen groter plezier doen! Wanneer zijn moeder zegt 'zullen we naar de kinderboerderij gaan?, dan kan hij razendsnel zijn jas en zijn laarzen aantrekken.
Eerst langs het konijnenhok, even een rondje rijden op de rode plastic traktor met de verbogen trapper, cavia's kijken, pony borstelen. Alles vindt hij leuk, maar het leukst vindt hij de schapen. Daar is hij dol op. Die dikke vacht kriebelt zo lekker. Het allermooist vind hij de lammetjes.

Thuis vraagt Wouter aan zijn moeder: 'Mama, mogen wij ook een schaap?'
'Daar hebben we toch geen ruimte voor?'
'Hij kan toch in de tuin?' stelt Wouter voor.
'Zo groot is de tuin niet en ik denk niet dat oma het goed vindt dat het schaap dan haar planten opeet.'
'Dan kan hij wel in huis.'
'We kunnen toch geen schaap in huis houden?'
'Hij kan wel bij mij op de kamer, ik zal er echt heel goed voor zorgen,' belooft Wouter.
'Weet je wat, knutsel jij maar een schaap,' stelt moeder voor en zoekt een knutselboek uit haar boekenkast in haar kamer in het souterrain. Wouter is dol zijn moeders knutselboeken. Ze heeft er zoveel en er staan zulke mooie plaatjes in.

Zijn moeder tekent voor hem een lammetje op papier en samen knippen ze draadjes van witte wol en plakken dit op het lijfje. Zo is Wouter even vergeten dat hij liever een echt schaap wil.
'Nu heb ik toch een lammetje in huis om mee te knuffelen,' zegt Wouter.





Vergelijkbare knutselboeken:
Knutselen met papier en karton
Paaseieren knutselen
Leuke knutselprojecten met papier en karton (tweedehands via boekwinkeltjes.nl)

maandag 9 maart 2015

Wouter en papa maken butternut squash puree ...soep

In de keuken van de familie Schat is oma de baas.
Maar niet altijd.
Soms is papa de baas.
Oma is de baas over de Hollandse pot en papa is de baas over de hoot kwiesien.
Daar hebben ze soms ruzie over. Nou, niet ècht ruzie. Oma vindt dat papa teveel fratsen in de keuken heeft en papa vindt dat oma wel eens iets nieuws mag proberen.
Vandaag is papa de baas in de keuken.
‘Wat ga je maken? vraagt Wouter.
‘Ik ga butternut squash maken,’ zegt papa.
‘Boddernot skwasj? Is dat soep?’ vraagt Wouter. ‘Ik hou van soep.’
‘Nee hoor!’ zegt oma ‘het is gewoon een ander woord voor flespompoenpuree. Papa met zijn fratsen.’
‘Het lijkt ook op een fles,’ zegt Wouter en kijkt naar de grote lichtoranje pompoen met de dikke buik en de dunnere hals.
‘Ik ga eerst de pompoen gaar stomen om er groentehapjes van te maken voor Charlotte.’
‘Mag ik meehelpen?’ vraagt Wouter en pakt een krukje om bij het aanrecht te kunnen.
‘Van de rest ga ik butternut squash maken voor ons avond eten.’
‘Kan Charlotte niet ook botternot soep krijgen?’
‘Er moet groentebouillon door waar zout en kruiden in zitten en daar is Charlotte nog te klein voor,’ legt papa uit ‘en bovendien ís het geen soep! Het is puree!’

Papa halveert de pompoen en snijdt de schil er af. Hij maakt er kleine pompoenstukjes van en doet ze in een stoompan.
‘Mag ik de bouillon er bij doen?’ vraagt Wouter en pakt de maatbeker met bouillon vast.
‘Nu nog niet. Eerst wachten we tot deze pompoen gaar gestoomd is.

Het duurt wel lang vindt Wouter. Gelukkig mag hij tussendoor een stukje appel halen bij oma die aan de keukentafel een appeltje schilt.
Wanneer de pompoen gaar is, haalt papa een deel er af en pureert dat met de staafmixer.
‘Dat krijgt Charlotte straks!’
De rest van de pompoen doet hij in een pan.
‘Mag nu de bouillon erbij?’ vraagt Wouter.
‘Ja, nu mag de bouillon erbij, maar….’
Wouter giet de maatbeker leeg in de pan.
‘….maar niet alles, want dan wordt het geen puree, maar…..soep.’
‘Heb ik nu soep gemaakt?’ vraagt Wouter vrolijk.
Papa krabt eens achter zijn oor. ‘Tja, het ziet er naar uit dat we vanavond toch soep eten. Butternut squash soep.’
‘Ja! Of flessenpompoensoep!’ roept Wouter.
Oma gniffelt.





Puree van flespompoen:
Ingredienten: één flespompoen, halve liter groentebouillon, crème fraiche (bekertje), wat kerriepoeder.
Halveer de pompoen, verwijder de zaden en de draderige binnenkant. Snijd met een scherp mes de schil er af (eventueel eerst de pompoen in plakken snijden, dat is vaak makkelijker). Stoom of kook de pompoen in een minuut of tien gaar.
Pureer de bouillon met de staafmixer en doe de crème fraîche erbij. Voeg bouillon toe (of het kookvocht als je de pompoen in de pan hebt gekookt) zodat een mooie smeuiige puree ontstaat. Voorzichtig met het toevoegen van de bouillon, als je er een halve liter bij mikt heb je echt géén puree, eerder pompoensoep.
Op smaak brengen met kerriepoeder. Mooi bijgerecht!


dinsdag 23 december 2014

Kerst bij de familie Schat

Dit is de dag waarop Wouter het hele jaar heeft gehoopt. Samen met opa Schat mocht hij een kerstboom ophalen. De boom staat nu in de woonkamer. De takken glinsteren nog niet, ze stralen ook nog niet, maar dat komt wel als de boom versierd is. Dan begint het Kerstfeest pas echt.
Samen halen ze de dozen met lichtjes en slingers en ballen van zolder. Opa moet er wel een paar schilderijen voor opzij zetten.
‘Vergeet de kerststal niet!’ roept oma onderaan de trap.
De kerststal is oma’s trots. Die heeft ze jaren geleden zelf gemaakt en komt elk jaar onder de kerstboom te staan. Levensechte poppen. Jozef en Maria en baby Jezus in een kribbe. Baby Jezus is zo groot als Charlotte’s baby born pop, waar ze nog niet mee speelt.
Een voor een pakken ze de poppen uit de doos. Uren heeft oma er aan gewerkt. Toen was papa nog niet geboren. Hij zat toen nog in oma’s buik.
Maria draagt een prachtige hoofddoek om haar stoffen gezicht en Jozef heeft zachte krullen van wol. Met de kribbe heeft opa geholpen. Hij heeft ‘m gezaagd en in elkaar getimmerd.
Als laatste haalt Wouter baby Jezus uit de doos. Maar wat gebeurt er? Baby Jezus ruist! De droge korrels gort die zijn lijfje vullen, stromen er in een rechte straal uit. De benen worden slap, het buikje wordt dunner en uiteindelijk blijft er een slappe lege lappenpop over.
De muizen hebben Jezus  kapotgevreten.
‘Arme jongen,’ zegt opa en neemt Jezus op de arm. ‘Laat oma jou maar niet zien. Dan huilt ze tranen van verdriet en bij een geboorte zien we liever tranen van vreugde.’
‘Opa!’ zegt Wouter. ‘Wat moeten we nou? Oma zal het echt wel zien wanneer baby Jezus niet in de kribbe ligt.’
Opa krabt eens aan zijn baard. Dat doet hij altijd wanneer hij het antwoord niet weet.
‘Misschien kunnen we Charlotte er in leggen?’ oppert Wouter.
Papa komt juist de kamer binnen met Charlotte op de arm.
‘Waar moet Charlotte in?’ vraagt papa.
‘In de kribbe,’ zegt Wouter. ‘Jezus is leeggelopen!’
Opa houdt de slappe pop omhoog. ‘Muizen,’ zegt hij.
‘Die die,’ wijst Charlotte en wipt op papa’s arm.
‘Charlotte kan toch niet in een kribbe liggen?!’ zegt  papa.
‘Toe nou papa’, smeekt Wouter. ‘Charlotte wil het zelf ook!’
‘Die die!’ kraait Charlotte blij.
‘Nou, vooruit. Even dan,’ zegt papa.
Hij legt Charlotte in de kribbe, maar ze klimt er meteen weer uit.
‘Charlotte is niet moe. Ze heeft haar middagslaapje net gehad,’ zegt papa.
Wouter en opa kijken sip naar de lege kribbe.
‘Waarom leg je Charlotte’s pop er niet in, daar speelt ze toch nog niet mee,’ stelt papa voor.
De pop past in de kribbe. Maria en Jozef kijken een beetje onwennig naar hun plastic kind, maar ze zullen vast goed voor ‘m zorgen. Beter dan Charlotte die naast de kribbe hurkt en probeert met haar vingers de ogen in te drukken.

Oma was verdrietig, maar ze nam de lappenpop snel mee om te repareren.
Misschien dat ze ‘m een nieuw lijfje kan geven, zodat hij volgend jaar weer onder de boom kan.
‘Opa!’ roept Wouter ineens. ‘We zijn de piek vergeten!’
Opa neemt Wouter op zijn schouders en voorzichtig zet Wouter de piek bovenop de boom.

Nu kan Kerst ècht beginnen.


maandag 6 oktober 2014

Hoe maak je een spook van een papieren zakdoek

Gisteren las je hier op de Schatzolder hoe twee spookjes bij de dokter kwamen. Wouter had met hulp van zijn moeder twee spookjes van keukenrol gemaakt. Je kunt ook papieren zakdoekjes gebruiken.
Je kunt een groot hoofd maken, maar ook een klein hoofd.

Dit heb je nodig: 

*papieren zakdoeken of keukenrol
*een zwarte stift
*een beetje wol
*een schaar



Vouw twee zakdoekjes open.
Maak van het ene zakdoekje een propje.


Leg het propje in het midden van de andere zakdoek. 
Maak er een pop van. 
Bind een stukje wol om de nek van het hoofd.
Maak er een paar knopen in en knip de uiteinden af.


Teken met de zwarte stift ogen en een mond. 
Je mag zelf kiezen wat voor gezichtje er op maakt. 
Een spokengezicht....ooooeeeh.


Of je maakt een vriendelijk spook. 



Veel plezier!

zondag 5 oktober 2014

Twee spookjes komen bij de dokter....

Tussen alle boeken in de grote boekenkast in het souterrain van mama staan de leukste knutselboeken. Wanneer mama achter de naaimachine werkt, zoekt Wouter een leuk knutselwerkje uit om te maken. Vanmorgen heeft hij spookjes gemaakt en heeft mama hem geholpen.
Nu gaat Wouter met zijn spookjes naar opa op zolder. Opa zit op zijn grote fauteuil en leest een tijdschrift.
Wouter steekt twee spookjes over opa's schouder.
'Hallo meneer, bent u dokter?'
Opa kijkt over zijn schouder naar de twee ronde spokenhoofden.
-'Jawel, ik ben de dokter.'
'Dokter, kunt u even naar haar kijken, want zij is flauwgevallen in het spokenhuis.'
-'Laat mij maar even naar je kijken. Loop maar mee naar de behandelkamer.'

-'U bent flauwgevallen zegt u? Bent u misschien ergens heel erg van geschrokken, mevrouw spook?'
'Nee, ik viel zomaar flauw in het spokenhuis.'
-'U ziet er erg bleek uit. Zal ik uw bloeddruk even opmeten?'
De dokter meet de bloeddruk. Opa speelt dat hij dokter is, dat had je vast wel door. 'Maar ik voel helemaal geen bloeddruk!' zegt hij.
En Wouter speelt de rol van de spookjes, dat had je ook wel door zeker.
'Nee, dat komt omdat ik een spook ben. Ik heb geen bloed!'
-'Zal ik even uw hartslag opmeten?' vraagt de dokter.
Opa luistert. 'Ik hoor helemaal geen hartslag,' zegt hij verbaasd.
'Dat komt omdat ik een spook ben. Ik heb geen hart!'
-'Oh jee.'
'U moet even mijn temperatuur opmeten, want volgens mij heb ik koorts,' zegt het spook.
-'Juist. Weet u. Ik geef u een drankje. Dat is heel goed tegen de schrik. Wees maar niet bang, ik beloof u dat het drankje geen vlekken zal geven op uw...eh...jurk. En als u dat drankje op heb, kunt u het beste even op bed gaan liggen, met een lekker lakentje over u heen. Dan bent u zo weer op de been....eh....in de lucht!'
'Dank u. Daag dokter!'










Morgen zie je hoe je zelf zulke spookjes kunt maken. Leg alvast een pakje papieren zakdoeken klaar!


Wat leuk dat je langskwam. Wil je op de hoogte blijven van nieuwe verhalen van de Schatzolder? Dat kan o.a. via bloglovin. Klik hier om je aan te melden. 

vrijdag 19 september 2014

Als opa niet wil helpen met tekenen....

'Opa?'
'Ja?'
'Opa? Wil jij een beer voor mij tekenen?'
Wouter zit voorovergebogen over zijn tekenpapier.
Opa Schat staat achter zijn schildersezel en kijkt met een oog naar Wouter en houdt zijn andere oog op zijn schilderwerk.
'Kun je zelf geen beer tekenen?' vraagt opa.
'Nee.'
'Probeer het eens.'
'Ja, maar ik wil een mooie beer. Geen lelijke.'
'Wat als je een voorbeeld zoekt?'
'Heb je plaatje voor mij van een beer?' vraagt Wouter hoopvol.

Opa luister niet meer. Ken je dat? Wanneer volwassenen zo in hun werk opgaan, dat ze niet meer luisteren naar wat je zegt?

Gelukkig is Wouter niet voor een gat te vangen. Hij zoekt tussen zijn knuffels naar een knuffelbeer. Die gebruikt hij als voorbeeld. Hij legt de beer op het papier en trekt met een stift om de beer heen. Zo gemakkelijk is dat! Daarna tekent hij nog oogjes en een neus.






Na de beer trekt Wouter ook nog zijn zachte muis over en knipt de muis uit.




Hij doet erg zijn best om de muis zo mooi mogelijk in te kleuren.
'Kijk eens opa.' Wouter laat opa zijn tekeningen zien.
'Wat heb je dat prachtig gedaan jongen,' zegt opa en geeft Wouter een aai over zijn bol en veegt daarbij per ongeluk een beetje verf dat hij nog aan zijn hand had zitten in Wouter's haar. Maar dat vindt Wouter niet erg.


maandag 15 september 2014

Die keer dat Wouter niet kon slapen en zijn moeder liet schrikken

Het souterrain herbergt een allegaartje van mama's hobby's. Daar staat haar grote verzameling boeken. Rijen met boeken in alle kleuren van de regenboog! Dikke boeken, dunne boeken. Boeken voor volwassenen en boeken voor kinderen. Dat krijg je, zegt ze, als je in een bibliotheek werkt. Dan kun je niet anders dan van boeken houden.



Ze bewaart er ook haar breiwol. Als ze even geen zin heeft om een boek te lezen, dan pakt ze haar breiwerk en gaat zitten breien op de grote zachte bank.
De wanden zijn meest gevuld met boekenkasten en knutselwerkjes van Wouter. In een hoek heeft ze haar naaitafel. Daar naait ze kleding voor zichzelf of herstelt ze de schorten van oma of vermaakt ze de broeken van papa. Ze heeft een hele berg met lappen stof.
Ook bewaart ze er speelgoed van Wouter. Speelgoed waar Wouter een beetje te groot voor is geworden, maar waar Charlotte straks mee kan spelen. Wouter mag graag een doos met oud speelgoed tevoorschijn halen en dan voelt hij zich daar écht niet te groot voor.
Achterin het souterrain is een ruimte voor de wasmachine en de droger. Er hangt een dik gordijn voor de ingang om de ruimte uit het zicht te houden.
's Avonds is Wouters mama vaak in het souterrain te vinden. Soms leest ze een boek, maar vaak doet ze de was. Ze vouwt en strijkt. Dat ziet Wouter meestal niet, want dan slaapt hij.

Vanavond kan Wouter niet slapen. Dat heeft hij soms zomaar. Dan komt de slaap niet, ook al heeft hij dan al heel lang gewacht in het donker. Hij heeft zijn slaapkamerdeur zachtjes geopend en is op de gang wezen kijken. Daar was niemand. In de keuken was oma aan het opruimen en las zijn vader de krant. Uit het souterrain hoorde hij de geluiden van zijn moeder bezig met de was.
Nu loopt hij op blote voeten de kamer in. Zijn moeder hoort hij achter het gordijn rommelen met de wasmanden. Hij hoort het deurtje van de wasmachine tegen de muur slaan. Hij weet dat ze nu de was uit de trommel haalt en het uitklopt om het op het wasrekje te hangen. In de kamer staat de grote ronde oranje wasmand, half leeg. Hij pakt zijn plastic zwaard uit de speelgoedbak en het deksel van de wasmand, die lijkt op het schild van een ridder. Wanneer hij met zijn zwaard het gordijn opzij schuift en een kreet slaakt schrikt zijn moeder zich een hoedje. Wat niet zo verwonderlijk is natuurlijk. Jij zou toch ook schrikken als je door een ridder verrast werd in je washok?



Mama probeert hem te vangen in de wasmand, maar Wouter is haar te snel af. Gelukkig wil hij wel even meehelpen met handdoeken opvouwen. Hij is tenslotte toch wakker.
Zo langzamerhand wordt Wouter moe. Hij begint in zijn ogen te wrijven.
'Zal ik je nog een verhaaltje voorlezen?' vraag mama.
Dat wil Wouter wel.
Mama pakt een boek uit de kast. 'Dan breng ik je na het lezen naar bed.'
Ben je nieuwsgierig naar het verhaal dat de mama van Wouter voorleest? Dat zal ik je vertellen. Het boek heet De Nieuwe en is geschreven door Claire Freedman. Kristina Stephenson heeft de tekeningen erbij gemaakt.
Het verhaal gaat over een muis die net nieuw in de vallei is komen wonen. Hij maakt snel vrienden, maar zij waarschuwen hem allemaal voor de wolf. Daar moet hij voor oppassen. Denk je dat Muis ook met zo'n grote, wilde, gemene, griezelige wolf vrienden kan worden?











Wanneer het verhaal uit is, brengt de mama van Wouter hem naar bed.
Welterusten Wouter!